
Heb je binnenkort een leuk avondje met vrienden of vriendinnen staan en houden zij wel van een glaasje? Dan mag een leuk drankspel zeker niet ontbreken. Deze 7 drankspellen staan garant voor een avondje met veel fun. Deze uitgeschreven regels kun je er op ieder moment weer even bij pakken. We kunnen ons namelijk zo voorstellen dat het wat lastiger wordt om de regels te onthouden, naarmate je wat meer drankjes op hebt.
1. Vingeren (niet wat je denkt)
De naam schept misschien wat andere verwachtingen, maar heeft niks met down under te maken. Een van de drankspellen die vooral geschikt is in een groepsverband (liefst met 4 of meer spelers) en is eigenlijk heel simpel is. Iedere speler legt een vinger op de rand van het drankglas, waarna er wordt afgeteld door een andere speler. Net voor het einde van het aftellen beslist iedere speler of hij zijn vinger laat liggen of weghaalt. Tegelijk raadt de persoon die aftelt hoeveel vingers er zullen overblijven.
Zegt de gekozen persoon bijvoorbeeld 3 en liggen er in totaal 3 vingers op het glas, dan mag de uitgekozen speler van die ronde zijn vinger van het glas afhouden en hoeft niet meer mee te doen. Zat hij fout? Dan legt de persoon zijn vinger weer op het glas en gaat de volgende speler. Degene die als laatst overblijft heeft verloren en moet het drankje dat in het midden staat ‘atten’. Om je even een verbeelding te geven: dit is het glas waar iedereen met zijn vingers aan heeft gezeten. Ach, smaakt er vast niet minder om.
2. Kapiteinen
Misschien wel één van de heftigste drankspellen uit dit rijtje. Dit drankspel is eigenlijk alleen bedoeld voor ervaren die-hard bierdrinkers. Spreek dan ook van tevoren een maximum aantal glazen af. Dit spel speel je in je favoriete kroeg. Iedereen bestelt een biertje en de eerste persoon die zijn biertje op heeft is de kapitein. Wanneer de kapitein een slok heeft genomen van zijn tweede biertje, moeten alle mensen hun eerste biertje (waarvan nog wat over was) atten.
Wanneer de kapitein ook zijn tweede biertje op heeft en begint aan zijn derde pilsje, moet het gezelschap het tweede glas atten. Om te winnen van de kapitein moet je jouw biertje sneller ophebben die van hem. Is je dat gelukt? Dan ben jij de nieuwe kapitein en moeten de andere mensen jouw tempo aanhouden. Eigenlijk moet de kapitein dus altijd een biertje voorstaan op de rest. En dat is nog knap lastig met tellen als je er al een aantal op hebt.
3. Boeren (ook niet wat je denkt)
Het idee van boeren is om op het juiste moment de boer uit het kaartspel te trekken. Het beste kun je dit spel in de kroeg of in een bar spelen. Iedere speler pakt om de beurt een kaart van de stapel. Per ronde zijn er vier boeren die allemaal een verschillende betekenis hebben. Bij de eerste boer mag je beslissen welk drankje er gedronken gaat worden.
Ga je voor een biertje, een glas rode wijn of toch iets sterkers? De persoon die de tweede boer trekt, mag het gekozen drankje inschenken en betalen. Die kaart is dus iets minder als je die trekt. Degene die de derde boer pakt, moet een slok drinken. De vierde boer pakken staat voor het serieuzere werk, die persoon moet het biertje atten.
4. Beerpong altijd populair
Misschien wel één van de bekendste onder alle drankspellen, maar toch leggen we hem nog even voor de zekerheid uit. Het spelletje beerpong speel je in teams of 1 tegen 1. Zoals natuurlijk verwacht heb je er heel wat biertjes voor nodig. Functfact: wist je dat uit onderzoek is gebleken dat 2 keer per week met vrienden bier drinken goed is voor je gezondheid?
Ben je toch niet zo’n bier liefhebber? Je kan er natuurlijk een shotje erin doen, zoals het split shotje met Licor 43 waarvan we het recept voor je hebben uitgeschreven of als je wat dorstiger bent een zelfgemaakte Aperol Spritz. De bedoeling is om het balletje over de tafel in één van de bekers van de tegenstanders te gooien. Lukt dit je? Dan moet de tegenpartij de beker leegdrinken en vervolgens wegzetten. Het team dat als eerste alle bekers van de tegenstanders heeft leeggegooid, wint het spel.
5. Coasters
Dit Ierse drankspel speel je niet met kaarten of met dobbelstenen, maar met bierviltjes. Heb je een avondje in een kroeg gepland? Ook dan is dit één van de drankspellen die je daar prima kan spelen. Natuurlijk is het voor thuis ook een goed idee. Je legt een bierviltje op de hoek of de rand van de bar/eettafel neer. Vervolgens flip je met je hand het bierviltje omhoog.
Het viltje zal dan in de lucht een paar keer gaan draaien. Je moet nu het bierviltje vangen met dezelfde hand als waarmee je het viltje hebt geflipt, voordat het weer op de bar (of eettafel) terecht komt. Is dit je niet gelukt? Dan moet je, zoals je waarschijnlijk al kon raden, een slok uit het drankglas nemen, net zoals het bij de andere drankspellen werkt.
6. Fuck de dealer
Dit is een drankspel die je vanaf 3 personen kan spelen. Éen speler uit de groep begint als dealer. Hij of zij kijkt naar de bovenste kaart van de stapel en de persoon die links van hem zit moet raden welk getal en plaatje de kaart heeft. Heeft de speler het goed? Dan moet de dealer 2 slokken drinken. Als het antwoord fout is, mag de dealer zeggen of de kaart hoger of lager is.
Als de speler het dan alsnog goed heeft, moet de dealer 1 slokje drinken. Geeft de andere speler een fout antwoord? Dan moet hij of zij zelf gaan drinken. Vervolgens gaat de beurt naar de volgende speler. Als drie spelers achter elkaar het getal of plaatje van de kaart niet raden, is de persoon naast de dealer aan de beurt om te dealen. Misschien is dit wel één van de makkelijkste drankspellen.
7. Mexen
Deze behoort ook wel tot één van de klassiekers onder de drankspellen. Mexen speel je met twee dobbelstenen en een beker. De hoogste waarde die je gooit geldt als tiental en de laatste als eenheid. Stel je gooit bijvoorbeeld een 2 en een 6, dan wordt dit 62 punten. Twee keer hetzelfde aantal is een honderdtal. Het hoogste dat je kunt gooien is Mex, de 1 en 2, wat samen 21 maakt. De speler die aan de beurt is begint met gooien van de dobbelstenen onder de beker.
De medespelers mogen deze dus niet zien. Wel moet degene die aan de beurt is het getal dat hij gooit hardop noemen. De volgende speler neemt de beker over en heeft twee opties. Hij kan de eerste speler geloven en probeert hoger te gooien of hij denkt dat zijn voorganger bluft. Als dit het geval is mag hij de beker omhoog trekken om te kijken. Heeft hij gelijk? Dan moet de eerdere speler drinken. Als het getal wel klopt wat de speler daarvoor heeft opgenoemd, dan moet de speler die zojuist aan de beurt is drinken.